Geplaatst in Fauna, Liefhebberijen, natuur, Nederland, toerisme, wandelroutes

Naar Tiengemeten (2)

Op Tiengemeten was vorige week zaterdag rond het Landbouwmuseum ter plaatse een ‘Oogstdag’ met allerlei activiteiten zoals een boerenmarkt, een presentatie van oude tractoren en (voor de kinderen) een huifkar die ritjes over een deel van het eiland verzorgde.

Een goede aanleiding voor ons voor een hernieuwde kennismaking met deze natuurenclave in het Haringvliet. We namen de eerste pont van tien uur vanaf het haventje in Nieuw-Beijerland en werden aan boord verrast met gezang: het Shantykoor dat later bij het museum meer liederen ten gehore zou brengen, gaf alvast een voorproef van eigen kunnen….

Bij het bezoekerscentrum op het eiland huurden we fietsen en zetten koers richting de Schotse hooglanders die aan de westkant van Tiengemeten de natuur in stand houden. Onderweg zagen we veel vogels op de waterplassen op enige afstand van het pad, maar ze waren helaas te ver weg om ze zonder verrekijker op naam te kunnen brengen.
De hooglanders graasden gelukkig dichterbij en we stapten even af.
Erg mooi om te zien, die beesten met hun grote hoorns tussen de bloeiende guldenroede en watermunt, we werden alleen lek gestoken door de muggen en daar hadden we niet op gerekend!

Dus na een paar foto’s van de hooglanders en eentje van een groepje brandganzen er vlakbij (hieronder) reden we snel door, richting de passantenhaven, waar we niet veel verder konden omdat de weg in het niets verdween.

Terug dan maar naar het bezoekerscentrum. Er stond een mooi span paarden voor een hooiwagen in het gras geparkeerd, met een boer en boerin op de bok. Alsof de tijd even stilstond……
We liepen langs de kramen op de boerenmarkt, maar kochten niets. Bij Gasterij de Gezusters lieten we ons de cappuccino goed smaken en genoten eventjes van de liederen van het koor buiten bij het museum.

We wilden nog naar het haventje aan de oostkant van het eiland waar vroeger schepen uit Nederlands-Indië enige tijd in quarantaine moesten alvorens gelost te kunnen worden in de haven van Rotterdam, maar het bleek al gauw te ver fietsen voor deze twee senioren.
We zagen nog wel een oud schafthuisje in het rietland in de verte, uit de periode dat Tiengemeten nog een landbouwenclave was. Bedoeld voor boerenarbeiders of rietsnijders, dat weet ik niet precies. Hieronder op foto.

En dat was dat. We waren uitgekeken en namen de boot van tien over een terug naar de vaste wal. Thuis begroetten de honden ons alsof we dagen weggeweest waren…. 🙂

Geplaatst in Fauna, Hobby's, Liefhebberijen, natuur, Nederland, toerisme, wandelroutes

Naar Tiengemeten

Op een tropische zaterdag tijgen vrouwlief en ik naar Tiengemeten, een ruim 1000 ha groot eiland in het Haringvliet. Natuurmonumenten zwaait er de scepter sinds een aantal jaren en heeft het eiland van een landbouwenclave omgetoverd in een natuurparadijs. De vroegere boerderijen en aanhangige gebouwen zijn nu respectievelijk bezoekerscentrum, Rien Poortvlietmuseum, Landbouwmuseum, zorgboerderij en cafe-restaurant.

De pont naar Tiengemeten. Het eiland ligt voor ons.

Met de pont die vertrekt vanuit Zuid-Beijerland vaar je in tien minuten naar het eiland. De zon schittert op het Haringvliet terwijl we buitengaats zijn; er dobberen ganzen op het water en de horizon wordt aan twee zijden begrensd door windmolens. Dit vaartochtje zou van mij veel langer mogen duren, maar de overkant nadert al.
We stappen van boord en slaan rechtsaf, richting een dijkje met rechts het Haringvliet en links rietlanden met open water. We zien veel vogels op het water en halen ze met de verrekijker dichterbij. Ik zie door de lenzen vooral wilde eenden en een aantal futen en zwanen.

Op Tiengemeten: rietland en water.

We lopen terug en trakteren onszelf op koffie met appelgebak in het restaurant, dat wil zeggen: vrouwlief trakteert mij op appelgebak, zelf doet ze aan de lijn 🙂 Daarna wandelen we met de zon boven ons naar een vroegere vliedberg, thans in gebruik als uitkijkpunt. Het uitzicht is schitterend, met links en rechts van ons water met honderden vogels vreedzaam dobberend. Ik zie enkele zilverreigers in het riet, een familie knobbelzwaan zwemt langs, een karekiet roept zijn eigen naam.

Maar het is heet, bloedheet. We vluchten naar binnen, het Rien Poortvlietmuseum in. Voor zes euro de man krijg je een aantal van zijn natuurschilderingen te zien, plus wat foto’s en andere parafernalia uit het leven van deze schilder.

Een deel van het vroegere atelier van Rien Poortvliet, nagebouwd in zijn museum.

Rien Poortvliet was bij leven erg populair bij de gereformeerde gezindte, de kerkelijke stroming waaruit ik zelf afkomstig ben. Het feit dat hij de natuur schilderde, d.w.z. de schepping van God, was daar ongetwijfeld debet aan, maar er is meer. De ‘kunst’ van deze schilder is makkelijk te begrijpen, de afbeeldingen spreken voor zich en dat is alles wat er is. Je hoeft je dus niet het hoofd te breken over dubbele lagen of verborgen betekenissen, laat staan dat je je moet afvragen of het allemaal wel zo christelijk is wat de kunstenaar afbeeldt….
Met andere woorden: het is veilig en heel fatsoenlijk – maar daarmee ook heel braaf en heel burgerlijk. En kunst is het eigenlijk niet, hooguit kunstig gemaakt door een ambachtelijke schilder die zijn vak verstaat!

Ganzen en eenden op een slikplaat bij het water op Tiengemeten.

We nemen nog even een kijkje in het naastgelegen bezoekerscentrum van Natuurmonumenten en pakken daarna de pont van tien over twee terug naar de vaste wal. Ons uitje voor deze maand zit er bijna weer op. Tiengemeten is erg mooi, een voorbeeld van goed geslaagde ‘nieuwe natuur’. Meestal houd ik mijn hart vast als natuurbeschermers aan het stoeien slaan met wat ‘natuur’ heet in dit kleine landje, maar Tiengemeten is wat mij betreft een positieve uitzondering. Ik kom hier zeker nog eens terug!

Tiengemeten vanuit de lucht, met bezoekerscentrum en musea.
Geplaatst in christendom, Liefhebberijen, natuur, Nederland, toerisme, wandelroutes

Weekeindje weg naar de Veluwe

Vrouwlief en ik zijn net terug van een lang weekend weg naar de Veluwe waarbij het weer ons mee zat – de meeste regen viel ’s nachts.

We hadden voor ons verblijf deze chalet op ‘Veluwepark Reewold’ gehuurd, een rustig gelegen vakantiepark tussen Garderen en Putten. De verhuurders waren super-vriendelijk, de inrichting van het huisje was heel compleet en de matras van ons bed was heel goed te beslapen voor twee mensen met rugklachten. Alleen de twee banken in de woonkamer zaten voor geen meter, maar gelukkig boden de tuinstoelen uit het schuurtje een goed alternatief… 🙂

Ermelosche Heide.

De Ermelosche Heide bloeide uiteraard nog niet, maar was ook zonder dat met een zonnetje erop en de uitbundige zang van verschillende veldleeuweriken erboven, mooi genoeg. Boerenzwaluwen zwierden rond de schaapskooi en fitissen zongen hun aflopende riedeltje in de bosrand. De berkenbomen op de hei liepen uit met frisgroen blad en krentenstruiken stonden vol in bloei.

Er liggen trouwens tientallen grafheuvels in dit gebied, oeroude monumenten van een verdwenen cultuur uit de Steentijd. Sommige lagen naast elkaar, zoals de drie op onderstaande foto, anderen niet.

Drie grafheuvels.

Het was overigens lang geleden dat ik veldleeuweriken zag en hoorde, opstijgend in de lucht boven de heide, hoger en hoger en intussen onafgebroken zingend. Dit soort natuurreservaten zijn de enigste plekken in ons land waar ze nog voorkomen.

Maar ondertussen komt het rumoer en de onrust van onze tijd wel steeds dichterbij, want langs de Ermelosche Heide loopt een vrij drukke weg die je op sommige plekken in het gebied goed hoort. En al die fietsers, mountainbikers en gezinnen met kinderen maken ook geluid.

En ja: mijn vrouw en ik waren ook met de auto…. 😦

En in de Kroondomeinen hoorde ik boven me vrij constant de ‘dreun’ van vliegtuigen. Blijkbaar ligt dat deel van de Veluwe onder een aanvliegroute naar Schiphol en zetten de kisten boven het midden van Nederland de daling al in – een andere verklaring ervoor heb ik niet.

Van de heide bij Ermelo naar het landgoed Oud Groevenbeek bij Putten was niet zover rijden. De villa op het landgoed dateert uit begin vorige eeuw. Een oude druivenkas en een watertoren(tje) stammen uit dezelfde tijd. We hoorden de voorjaarsroep van de boomklever door het bos schallen en zagen heel even een roodborsttapuit op het heideveld wat deel uitmaakt van het landgoed.

De villa op Oud Groevenbeek.
Links op de heuvel het watertoren(tje), rechts de druivenkas.

Zo’n weekend vliegt om, we komen hier zeker nog eens terug om verder te kijken en de zondagse kerkdienst in de kapel op Staverden te bezoeken, want daar kwam het dit keer niet van.

Geplaatst in geschiedenis, Nederland, toerisme, wandelroutes

Dagje Dordt

De Grote Kerk van Dordrecht met overvliegende duiven

Ik ben deze week nog vrij van werk en plicht. Dat lijkt mooi, maar als het buiten alleen maar regent en stormachtig waait, zit je toch een beetje met je ziel onder je arm binnen in je leunstoel.

Want de hele dag alleen maar lezen gaat niet en je hebt ook niet altijd inspiratie voor een blogpost. En ik heb alle nieuwe afleveringen van ‘Rail Away’ al gezien en verder is er geen bal op de tv.

Maar vandaag belooft het droog te blijven en gaan we een dagje naar Dordrecht. Want dat moet een hele mooie stad zijn met op de koop toe een interessant museum.

We vertrekken rond de klok van negenen , gewapend met twee eierkoeken en een flesje water. We zijn er zo’n drie kwartier later, parkeren onze auto in de parkeergarage Achterom en halen bij de VVV om de hoek het wandelboekje ‘Rondje Dordt, een 5 kilometer lange route door de historische binnenstad.

Daarna gaan we lopen en komen we al heel gauw ogen tekort…..want wat is er veel moois te zien in Dordrecht! Zoveel oude huizen, historische plekken, schilderachtige haventjes en mooie pleinen – het is eigenlijk teveel voor 1 dag!! En dan hebben we het Dordrechts Museum met zijn mooie schilderijen nog niet eens gezien, die bewaren we noodgedwongen voor een andere dag.

Hieronder een impressie met foto’s van onze wandeling. We deden zo’n twee uur over de route, inclusief een koffiestop.

Een oud hofje voor dames…..
….waarvan de regentenkamer…..eh….gesloten was 🙂
Een van de oudste huizen van Dordrecht, de ‘Beverenburcht’ uit 1556
Een zonnewijzer op de gevel van een woonhuis, voorzien van wijze raad……
De smalste straat van Dordrecht: de Zakkendragersstraat
‘Ingedeukte’ geveltjes aan de rand van de binnenstad
Een standbeeld van Willem van Oranje voor de middeleeuwse gevel van de woning waar hij logeerde tijdens bezoeken aan Dordrecht
De wolwevershaven met rechts een een oude stoomsleepboot
Hier geen rijwielen plaatsen…… 🙂
Achter de Grote Kerk
Geplaatst in natuur, Nederland, toerisme, Vrij Zijn, Vroeger en nu, wandelroutes

Op de grote ‘stille’ heide

We liepen gisteren een wandelroute van ruim 4 kilometer door het Houtdorperveld achter Garderen, een groot heidegebied wat nog een beetje doet denken aan de grote stille heide van heel vroeger.

Maar ‘stil’ is het tegenwoordig bijna nergens meer, ook niet op de Veluwe. Want de weg van Garderen naar Ermelo was niet ver weg en het geluid van het verkeer op die weg draagt ver.

Zelfs in het Speulder- en Sprielderbos in de nabije omgeving, een gebied wat op internet in alle toonaarden bezongen wordt als een soort sprookjesbos met plenty wilde zwijnen en edelherten, hoor je op veel plekken die kenmerkende ‘dreun’ van een autoweg. Om nog maar te zwijgen over de geluiden van kettingzagen, want er wordt momenteel onderhoud gepleegd aan het bos 😦

Maar mooi is het Houtdorperveld wel en uitgestrekt ook. We liepen over een uitgesleten pad en dat liep niet altijd even makkelijk, maar je voelde wel een stukje geschiedenis onder het lopen. Want dit zou best eens een eeuwenoud karrenpad kunnen zijn, zo’n pad waarover de mensen vroeger reisden, toen er nog geen asfalt bestond. En geen auto’s….

Ik miste trouwens wel de spreekwoordelijke schaapskudde en ik miste ook vogels. Want de enige vogel die we onderweg tegenkwamen was een solitaire kraai in een solitaire boom. De rest van het gevogelte zit waarschijnlijk in het warme zuiden of is verhuisd naar loofbossen in de buurt waar in deze tijd van het jaar nog voedsel te halen is.